Koningsdag als voorbeeld van "Invention of Tradition"
Koningsdag is een van de grote nationale feestdagen van Nederland. Naast Bevrijdingsdag en Nieuwjaarsdag is het de enige officieuze niet-christelijke feestdag. Waarbij voor elke feestdag (en traditie) te beargumenteren valt dat deze is verzonnen, voelt dit bij Koningsdag in lijn met waar Hobsbawm op doelde in The Invention of tradition1. Waarbij Nieuwjaarsdag kan worden gegroepeerd met de commerciële feestdagen, en Bevrijdingsdag een duidelijke reden en beginpunt heeft, zit dit bij Koningsdag anders. Natuurlijk is commercie een groot onderdeel, maar er is ook nog een grotere factor.
Besteman. M. (2020, 27 mei). Vlag van Nederland. Geraadpleegd van Pixabay.
Deze factor is de monarchie die in 1806 begon met Lodewijk Napoleon. Lodewijk was door zijn broer Napoleon Bonaparte aangesteld als koning van het toenmalige Nederland, en sinds 1848 in zijn huidige vorm terecht is gekomen, een constitutionele monarchie. Op zich zou de monarchie natuurlijk ook als een invented tradition kunnen worden bestempeld, omdat Nederland niet heel lang als “echt” koninkrijk heeft bestaan. Koningsdag is begonnen als Prinsessedag voor de toenmalige prinses Wilhelmina. In 1885 kreeg de toen 4-jarige prinses een feestdag op haar verjaardag om de nationale eenheid te versterken.1 Sindsdien is de viering blijven hangen met wisseling van de vorst en wordt dit in heel Nederland gevierd. Hoe lastig het ook is om de gedachtegang van een persoon uit 1885 te begrijpen, zal er in alle tijden betere voorbeelden van verbintenissen zijn onder het Nederlandse volk. Denk hierbij aan de “Vrede van Münster”, het verdrag dat op 15 mei 1648 werd gesloten tussen Spanje en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden waarmee Nederland soevereiniteit kreeg. Zelfs al worden naties en nationale symbolen uitdrukkelijk genoemd in het boek van Hobsbawm2, zal dit alsnog een beter bindmiddel kunnen zijn dan een familie die in huidige vorm niet meer voorstelt dan een neutrale vertegenwoordiging van ons land op internationaal vlak.
Om in het vakje van uitgevonden tradities te passen moet de feestdag voldoen aan de eisen gesteld in The Invention of tradition2. Als eerst is het inderdaad te herleiden naar een historisch persoon, de hoofdredacteur van het Utrechtsch Provinciaal en Stedelijk Dagblad in 1885, J.W.R. Gerlach.1 Het is misschien discutabel of aan de tweede eis wordt voldaan, en dat is of het zich voordoet als iets van oudsher. Bij de voorbeelden in het boek was dit naar mijn opinie ook lastiger te bewijzen dan de andere onderdelen. De geschiedenis van nationale vlaggen is niet verborgen, maar het is niet algemeen bekend dat deze nog niet lang worden gevlogen op de manier dat het nu zo is. En dit is ook met Koningsdag. Hoewel deze nog amper 100 jaar oud is, zal het bij de meeste mensen aanvoelen alsof dit even ver teruggaat als carnaval. En het laatste onderdeel, de promotie van nationale eenheid.2 Een citaat uit het boek Mystifying the Monarch van Deploige1 laat zien dat dit precies de reden was:
… the editors proposed to celebrate the birthday of the then four-year old Crown Princess Wilhelmina as a day of national reconciliation and rejoicing.
Dit alles als onderbouwing dat Koningsdag een uitgevonden traditie is. Maar velen vinden de dag heel vermakelijk en het zorgt ook voor de nodige verbinding onder het volk, wat logisch is met alle rommelmarkten en festivals. Het voelt alleen onnodig dat Nederlanders voor een dag van verbintenis de verjaardag van de koning moeten vieren, en het mag van mij dus ook op een andere dag.
Dit is in opdracht geschreven voor de matching aan Universiteit Utrecht.
Referenties
Deploige, Jeroen (2006). Mystifying the Monarch. eng. Amsterdam University Press. ISBN 978-9-053-56767-8 ↩︎ ↩︎2 ↩︎3 ↩︎4
Hobsbawm, E. J. (Eric J.) en T. O. Ranger (2012). The Invention of tradition. eng. Canto edition. Canto classics. Cambridge: Cambridge University Press. ISBN 978-1-107-38689-6 ↩︎ ↩︎2 ↩︎3